De bundel "De Dikke Muis" telt 100 blogs en 176 pagina's! Ze is te bestellen via http://www.freemusketeers.nl/boekwinkel en via de boekwinkel van je keuze onder het ISBN nummer 9789048440399.
31 dec 2015
NYE
Van NYC naar NYE in 30 dagen. De sfeer van New York City is me de hele maand bijgebleven, wat was het geweldig daar de kerstsfeer te proeven en mee naar huis te nemen. Het resulteerde in Ginger Bread cake huisjes, een “Boathouse” kerstboom, eindeloze klassieke Amerikaanse kersthits in de keuken en een sfeer vol liefde en warmte in huis. En nu is het New Year’s Eve. Een tochtje lieverds gedaan, Gluhwein en oliebollen verruild voor de maaltijdschijf en houtvuur voor de CV. Hoewel er afgelopen jaar iemand in mijn leven was die het (ahum) nogal af heeft laten weten (en geloof me, dat is een understatement), en daarbij onuitputtelijk extreme aandacht bleef opeisen, zijn er anderen geweest die mijn jaar tot een geweldig jaar hebben gemaakt. Enkelen daarvan hebben jullie door de dikke muis al leren kennen. Komend jaar zullen er meer diamanten aan het licht gebracht worden. Er is een stokoud spreekwoord dat zegt “zeg mij wie uw vrienden zijn, en ik zeg u wie gij zijt”. Vrienden “passen”, als een oude leren jas of een ingelopen paar schoenen. Let maar eens op de vriendschappen van mensen om je heen, het zegt veel over ze. Kijk zelf eens wat je met je vrienden hebt gedeeld en hebt kunnen delen het afgelopen jaar, en wat zij met jou deelden en waarvoor ze je steun of hulp vroegen of aanboden. Of je achterna appten na een waardevolle dag of avond. Of na gewoonweg een k....dag. Want als het goed is mag alles er zijn in een echte vriendschap. Ik ben blij met mijn 2015, het was een inspirerend, liefdevol en hilarisch humoristisch jaar vol verrassingen en oeroude onvoorwaardelijkheid. Hopelijk kunnen velen van jullie er ook zo op terugkijken. Niet het vele is goed, maar het goede is veel. De dikke muis wenst jullie allemaal een prachtig 2016 toe. Be careful what you wish for, ‘cause you just might get it!
Liefs Tess
29 dec 2015
Oliebol
Eindelijk zitten we eens op tijd aan het ontbijt, fris gedouched en gezellig aangekleed. Zometeen nog even langs de bloemenzusjes in het dorp. En dan door naar Ellen. Mijn dochter en haar zoon zijn stiekem een beetje in love, en zo hadden wij dat al uitgedacht vlak na de bevalling van die twee. Laat ons maar schuiven. Ellen en ik hebben jaren samengewoond in onze studentenstad. Onze studies waren zo’n beetje tegengesteld, en zij was een hardrocker en ik een kakker. Al vanaf dat ik mijn studentenkamer kwam schilderen met mijn ouders en zij ons direct koffie aanbod, wisten we dat we “two of a kind” waren. We hadden ieder onze dagindeling maar aten altijd samen, we hadden konijnen op onze kleine kamers die door de gang hupsten, vriendjes die in onze badjassen rondstruinden, puisten die volgens vast protocol uitgemoord werden (absoluut niet parabenen vrij) en stapavondjes die eindigden met steevast een liter water en twee paracetamol (recept Ellen) voor het slapengaan. Als onze ouders ons na een weekendje thuis maar moeilijk konden laten gaan om weer af te reizen naar de grote stad, zeiden ze “Als je thuiskomt, is Ellen er dan al?” of “Is Tess er ook al straks?”. Na onze studietijd zijn we als Thelma en Louise door Canada gegaan. Met een enorme Ford en even grote hutkoffers, reisden we 3000 km van meren naar bergen en van grote steden naar miniscuul kleine dorpjes temidden van uitgestrekte graanakkers, op zoek naar de liefste hotelletjes en de meest schattige prijskaartjes. Later brachten onze kinderen ons gedeelde moederliefde en soms een onzeker en uitgeput soort “sloofmaatschap”. Ellen trouwde gelukkig met een van de beste mannen op aarde, ik heb er geen nacht wakker van gelegen en zij ook niet. Er zijn kritieke momenten in mijn leven geweest waarin niets meer soelaas bood behalve Ellen met haar weekendtas voor mijn deur, soms man en kind achter latend om mij op de been te krijgen. Ellen gaat mijn hele leven mee, en ik dat van haar. Dat hebben we niet afgesproken want dat is gewoon zo.
Ik schenk de verse jus in, kijk op mijn horloge en pak mijn telefoon. Ik app Ellen : "Lieve oliebollenbakster, gezellig dat ik je mag vergezellen in de schuur! Knus! We zijn er om 11.30 uur, liefs!" Ze appt meteen terug (Ellen appt me in het holst van de nacht nog terug): "Lieve Tess! Gezellig! Als het zo lekker droogt blijft, ga ik buiten bakken. Maar euh....voor de zekerheid....MORGEN om 11.30 toch he?" Ik denk meteen aan dement gebreide kleedjes en dat ik misschien toch breinaalden moet gaan halen om nog iets foutloos te kunnen gaan doen straks. Ik app: "Oh shit ik dacht dat het morgen al 31 was! Wel even binnen het gezin houden alsjebieft hahahaha. Ja we komen morgen om 11.30!" Ellen appt terug: "Ik schrok, het is hier een zooitje en 2 van de 3 zijn uit logeren". (Wij komen alleen als al onze lieverds er zijn, niks uit logeren, dat weet ze wel). Ik app haar terug: "Dus dan komt de vee arts hier ook pas morgenavond?" Waarop zij appt: "Ik zou hem nog even appen voor de zekerheid : )".
Ok, dagje extra, altijd welkom. Geen breinaalden maar opknappertje de tuin in en lekker even naar de Praxis voor een tuinhek voor Ben&Jerry. Tuinieren en varkens gaat namelijk erg goed samen, als je maar ieder je eigen stukje afspreekt. Morgen lekker naar Ellen, ik kan er nog een dag naar uitkijken. Ellen? We zijn er morgen om 11.30. Lekker buiten oliebollen bakken, of in de schuur als het regent. Tot morgen lieverd! Zorg dat iedereen thuis is he! x Tess
Ik schenk de verse jus in, kijk op mijn horloge en pak mijn telefoon. Ik app Ellen : "Lieve oliebollenbakster, gezellig dat ik je mag vergezellen in de schuur! Knus! We zijn er om 11.30 uur, liefs!" Ze appt meteen terug (Ellen appt me in het holst van de nacht nog terug): "Lieve Tess! Gezellig! Als het zo lekker droogt blijft, ga ik buiten bakken. Maar euh....voor de zekerheid....MORGEN om 11.30 toch he?" Ik denk meteen aan dement gebreide kleedjes en dat ik misschien toch breinaalden moet gaan halen om nog iets foutloos te kunnen gaan doen straks. Ik app: "Oh shit ik dacht dat het morgen al 31 was! Wel even binnen het gezin houden alsjebieft hahahaha. Ja we komen morgen om 11.30!" Ellen appt terug: "Ik schrok, het is hier een zooitje en 2 van de 3 zijn uit logeren". (Wij komen alleen als al onze lieverds er zijn, niks uit logeren, dat weet ze wel). Ik app haar terug: "Dus dan komt de vee arts hier ook pas morgenavond?" Waarop zij appt: "Ik zou hem nog even appen voor de zekerheid : )".
Ok, dagje extra, altijd welkom. Geen breinaalden maar opknappertje de tuin in en lekker even naar de Praxis voor een tuinhek voor Ben&Jerry. Tuinieren en varkens gaat namelijk erg goed samen, als je maar ieder je eigen stukje afspreekt. Morgen lekker naar Ellen, ik kan er nog een dag naar uitkijken. Ellen? We zijn er morgen om 11.30. Lekker buiten oliebollen bakken, of in de schuur als het regent. Tot morgen lieverd! Zorg dat iedereen thuis is he! x Tess
28 dec 2015
Richard
Let’s call it a day. Als ik mijn laatste rondje om “de cottage” maak hoor ik ineens iemand tegen de grond smakken. Het flauwe licht van het antieke straatlantaarntje werp licht op een mans-persoon die overeind probeert te komen maar daar niet in slaagt. Aan de jas zie ik dat het Richard moet zijn. Richard is een van de liefste mannen uit de buurt. Hij is niet heel erg uitgesproken, maar ongelooflijk attent en op eigen wijze heel gezellig. Bij Richard ben je altijd welkom en hij zal je altijd helpen als je hem nodig hebt. Dat bedenk ik me, voordat ik naar hem toe snel en zijn zoveelste poging van opstaan ondersteun en zeg “kom, laat mij je eens een keer thuisbrengen”. “Och schatje toch” zegt Richard, “ik heb wel een kilometer gelopen maar de laatste paar stappen ging het mis”. Ik zie dat zijn gezicht bloedt en zijn handen zitten ook onder het bloed. Hij pakt me bij mijn schouders vast en ik denk meteen aan mijn luipaardjasje van Juul dat ik al dagen aan heb. Het is een getailleerd knuffelvel met het cachet van Guess en het comfort van een onesie. En bloed geeft nare vlekken als er zuurstof bij komt, en de straat hangt vol met zuurstof. Terwijl ik Richard aan de arm heb, en we als twee zwabberende katten naar zijn huis lopen, vindt ie dat ik wel een aai over mijn wang verdiend heb. Bij voorbaat al, en we zijn nog niet eens thuis. Als ik zijn handen weg wil duwen heb ik de mijne nodig en dan ligt ie weer. Maar bloed geeft nare vlekken als er zuurstof bij komt en de straat hangt vol met zuurstof. Gelukkig heeft ie de sleutel in zijn hand geklemd, hoef ik geen broekzakken af. Hij steekt ‘m in de gevel naast de voordeur. De deur gaat niet open. Ik parkeer Richard even tegen de muur en neem de sleutel van hem over. Zijn keukenstoelen hebben wieltjes, ik vind het doodeng. Als ik hem erin heb gekregen, kermt ie ineens “dit is niet best”. Hij wijst naar zijn enkel. Ik trek zijn schoenen uit. Ik moet zeggen: Richard heeft zich tip top aangekleed vanavond. “Hele leuke schoenen Richard” zeg ik. “Heb je ergens pijn bij je voet?”. “Och nee schatje, het is goed zo. Sorry. Zo is het helemaal prima. Ik heb wel een kilometer gelopen maar de laatste paar stappen ging het mis”. Ik vraag of hij wel een gezellig avond heeft gehad en vertel hem dat we allemaal na die dagen een keer aan onze tax komen. Dat hij er al 3 over gedaan heeft is al keurig, Freddy doet er maar een halve middag over. Ondertussen zet ik koffie en ontruim ik zijn steile trap naar boven. Ik ga me niet aan die trap wagen met Richard, maar het minste wat ik kan doen is het parcours vrij maken. Richard gaat telkens staan, en dan schuift zijn stoel op wieltjes weer een meter naar achteren zonder dat ie het in de gaten heeft. Elke keer moet ik Richard weer in zijn stoel mikken als ie langs komt (de stoel). “Richard, blijf nou maar even zitten, de koffie komt eraan”. “Schatje, ik heb het heel gezellig gehad, echt”. Ik zeg “Dat is fijn kerel, hier is je koffie en beloof me dat je nog even blijft zitten en je koffie opdrinkt, voordat je naar boven gaat, ok? En dit is nooit gebeurd. Lekker slapen he...”. Ik sluit de voordeur van Richard achter me en loop weer terug naar huis. Wat moet een vrouw ook nog zo laat nog op straat in het donker.
24 dec 2015
x-mas
Kerstavond is de leukste avond van het jaar. Ik snap niet dat er mensen zijn die een “hekel” aan kerst hebben. Ik snap wel dat er mensen zijn die dierbaren missen rond kerst. Dat doe ik zelf ook. Maar dat maakt mijn kerst hooguit een moment van gemis en stilstaan bij het goede wat is geweest, of het minder goede waarvan je afscheid hebt genomen. Het blijft een feest van lichtjes en samenzijn met wie bij je is, en bij wie jij bent. Kerstavond is stoofpotje en cake van mijn super Boretti, het pronkstuk in mijn eenvoudige cottage. Is ringen van de Gluhwein tussen de kaarsen op de keukentafel. Is dierenhokken gevuld met vers stro verlicht door lampjes in de tuin. Is Elvis P. en Frank S. door de keuken. En een terugblik over mijn schouder naar wie me lief zijn, of waren en altijd zullen blijven.
Sterre zou lekker onder de kerstboom gaan liggen, vermoedelijk een van de feestdagen met Sushi voor haar hele gezin, hier en daar nog een blauwe of bruine hagel uit haar huispak poetsend. Zij was de piek op mijn “9-till I close my eyes” overeenkomst dit jaar. Mijn lease-auto in het kwadraat, mijn veertienvoudigde periodiek. Zonder haar had ik geen bergen verzet en verzet ik geen molshoop meer in 2016. Dat is onze afspraak vice versa. Juul heeft de kerstboom in haar winkeltje voor 3 hele dagen goodbye gekust en haar alarm erop gezet: al haar klanten schuiven piekfijn aan bij hun kerstdiner. En Ketelbinkie heb ik nog nooit zo gelukkig gezien als de maanden voorafgaand aan deze avond. En terecht. En wat gun ik hem dat. En wat kun je lachen met die man, mijn hele midwinterdepressie heeft zich niet aangediend door zijn humor. We hebben heel wat beleefd, met z’n allen. De lief-en-leed sjaal van Juul en mij heeft voor hete vuren gestaan maar ons verwarmd wanneer we het nodig hadden en ons hoe dan ook laten “shinen” zoals het een vrouw betaamt (ook Juul en mij). De zoon van Juul heeft me zojuist nog een prachtig kerstkado gegeven, zelf ontworpen en zelf getimmerd. Ook hij heeft “toverstafjes” als handen. Ik ben er zo blij mee. We kruipen lekker op de bank voor de Polar Express en de traditionele kerstknuffel van onder de boom vandaan. Het glas half vol met wat dan ook. Ik wens iedereen die het afgelopen jaar heeft meegelezen op de dikke muis een hele fijne kerst en een geslaagde kalkoen. Mede dankzij jullie zal de dikke muis komend jaar worden uitgegeven in boekvorm. Dat wordt dan deel 1, want we zijn nog lang niet klaar immers.
Tot snel en Merry X-mas!
Liefs, Tess
Sterre zou lekker onder de kerstboom gaan liggen, vermoedelijk een van de feestdagen met Sushi voor haar hele gezin, hier en daar nog een blauwe of bruine hagel uit haar huispak poetsend. Zij was de piek op mijn “9-till I close my eyes” overeenkomst dit jaar. Mijn lease-auto in het kwadraat, mijn veertienvoudigde periodiek. Zonder haar had ik geen bergen verzet en verzet ik geen molshoop meer in 2016. Dat is onze afspraak vice versa. Juul heeft de kerstboom in haar winkeltje voor 3 hele dagen goodbye gekust en haar alarm erop gezet: al haar klanten schuiven piekfijn aan bij hun kerstdiner. En Ketelbinkie heb ik nog nooit zo gelukkig gezien als de maanden voorafgaand aan deze avond. En terecht. En wat gun ik hem dat. En wat kun je lachen met die man, mijn hele midwinterdepressie heeft zich niet aangediend door zijn humor. We hebben heel wat beleefd, met z’n allen. De lief-en-leed sjaal van Juul en mij heeft voor hete vuren gestaan maar ons verwarmd wanneer we het nodig hadden en ons hoe dan ook laten “shinen” zoals het een vrouw betaamt (ook Juul en mij). De zoon van Juul heeft me zojuist nog een prachtig kerstkado gegeven, zelf ontworpen en zelf getimmerd. Ook hij heeft “toverstafjes” als handen. Ik ben er zo blij mee. We kruipen lekker op de bank voor de Polar Express en de traditionele kerstknuffel van onder de boom vandaan. Het glas half vol met wat dan ook. Ik wens iedereen die het afgelopen jaar heeft meegelezen op de dikke muis een hele fijne kerst en een geslaagde kalkoen. Mede dankzij jullie zal de dikke muis komend jaar worden uitgegeven in boekvorm. Dat wordt dan deel 1, want we zijn nog lang niet klaar immers.
Tot snel en Merry X-mas!
Liefs, Tess
23 dec 2015
mr Snowman
Dikke mensen zijn gezellig, zeggen ze in de volksmond. Ja, nogal wiedes, anders zijn ze en dik en ongezellig en dan blijft er zo weinig leuks over. Mr Snowman is ook dik en gezellig. Toen Fleur appte dat ze sneeuwpopjes wilde maken “in” hun paardenstal, met koek en zopie aan de stamtafel, appte ik een volmondig “ja, leuk!” terug. Dat was niet zozeer voor het knutselmoment (spelletjes en knutselen, brrr), maar voor de lucht van schraal bier en paardenzweet en de grote oude stamtafel, die mij bij hen altijd de sfeer van knusheid en samenzijn oproept. Zoals gezegd: ons paard staat er, en die heb ik alleen nog maar vanaf de grond bekeken de afgelopen jaren, maar Fleur en haar man en de stamtafel, die zijn in mijn leven thuis gaan horen. Jaja, een duur geintje thuisgevoel, maar wat kan het schelen. Je ergens lekker thuis voelen is heel, heel belangrijk. Kindlief dol op knutselen, dankte Fleur vanuit de grond van haar hartje voor haar creatieve talenten en initiatieven. De stamtafel was bezaaid met witte tennissokken, scharen en tubes lijm, en de bar stond vol met bakjes lint in alle kleuren, knoopjes, besjes, braampjes, kant en rose- belletjes, glitters en pompoentjes. Op de overige kantinetafeltjes stonden bakken ongekookte rijst. Gelukkig: er was een tafeltje gereserveerd voor koffie en kerstkransjes. Daar maar eens beginnen. En even schraal bier en paardenzweet snuiven. Kindlief zat al helemaal klaar, ze nam de Mr Snowmen van Fleur nauwkeurig in zich op en maakte een analyse van zijn anatomie. Ze is mijn betere helft. Ik kan dat feilloos bij een mens, maar zij kan het zelfs bij Mr Snowman. Instructies kan ik wel aan, en gelukkig gaf Fleur ze duidelijk en geduldig. In totaal werden er die avond maarliefst een kleine honderd Snowmen geboren aan de stamtafel. En wij zaten er als herders trots omheen. Er waren kleine “Er ist wieder da” sneeuwpopjes met zwarte snorretjes, maar ook brocante tuttenbelletjes en uiteraard de klassieke met zwarte hoge hoed en dikke winterpeen. Er werd zelfs een sneeuwbaby geboren uit restant tennissok. Fleur krijgt mij aan de knutsel. Fleur laat mij die avond bevallen van drie sneeuwpopjes, en ze zijn nog leuk ook. Fleur krijgt mij vast ook ooit nog eens op een paard.
22 dec 2015
brownie
Mijn nichtje Babette is foto model. Maar ze weet het zelf niet. (We zijn gestopt het haar te vertellen. Ze vond het niet interessant) Ze heeft blonde krullen van zichzelf en reebruine ogen. En tien jaar extra op de teller zie je niet bij haar. Zwitsal, ze zweert erbij. Alles wat zij aanraakt wordt net zo mooi als zij. Het is maar goed dat ze een beetje “landelijk” woont en niet in de grote stad, want er zou meer geclaxoneer in een etmaal te horen zijn dan in hartje Rome, daar zweer ik dan weer bij. Het doet er allemaal niet toe: Babette had Brownie, en Brownie had Babette. Waar Babette was daar was Brownie, en waar Brownie was daar was Babette. De nacht brachten zij gescheiden door, maar 's morgens riep Babette tijdens het aanbrengen van haar mascara al uit het badkamerraam de tuin in “Brownie, ik kom er zo aan hoor!”. Dan waste Brownie haar lange oren nog even tussen haar voorpootjes tot Babette klaar was, en dan ging het hok open en kon mevrouw haar ontbijt gaan nuttigen en haar lange achterpoten strekken. Dat laatste deed ze het liefst onder nieuwe aanplant. Boeren Hortensia’s, pas geplante sierappelboompjes, bloeiende Hosta’s: Brownie was een echte buiten-Nijn en zag de “mis-en-scene” van de nieuwe aanplant net weer effe anders dan Babette het bedoeld had. Geen probleem, samen kwamen ze er altijd uit. Brownie had haar eigen inbreng in het tuinontwerp, zo vond Babette, want het was min of meer haar eigen huiskamer toch? Als het regende negeerde Babette alle rode verkeerslichten om snel Brownie haar hok te overkappen met plastic. Niet voor het hok, maar voor Brownie. Behandel een ander zoals je zelf behandelt wilt worden.
Behalve Babette had Brownie nog een vriendin, Bonnie. Bonnie is de Basset hond van Babette. Bonnie en Brownie waren dikke vriendinnen. Brownie mocht naast Bonnie op het hondenkussen liggen en Bonnie gunde Brownie haar graafmomenten in de tuin en stond een tikkie jaloers maar toch applaudisserend te kijken bij de totstandkoming van immense konijnenholen. Brownie had ook een abonnement op Landleven en VT wonen, op More Than Classic en Linda. Babette en Brownie lazen ze samen. Een vrolijk aangeknaagde stapel prijkte altijd in de woonkamer van Babette. Dat privilege was Bonnie niet toebedeeld, zij moest van de bladen afblijven. Brownie niet. Brownie mocht doen wat ze wilde, gaan waar ze wilde gaan en iedereen was fan van haar.
Totdat Brownie ineens koorts kreeg. Haar mooie lange oren niet meer wilde wassen en haar lange achterpoten niet meer wilde strekken na haar ontbijt. Landleven en Linda konden haar gestolen worden en tegen Bonnie zei ze alleen nog flauwtjes “hoi” en “schuif es op”. Dat was een slecht voorteken, want zo is Brownie niet. Babette heeft alles uit de kast gehaald (en uit haar portemonnee) om Brownie te helpen en te redden, maar Brownie redde het niet. Een naar virus heeft haar van Babette weggenomen. En van Bonnie. En van ons allemaal. Lieve Brownie, we wensen je veel boeren Hortensia’s, sierappelboompjes en Hosta’s toe. Maak er weer een mooie tuin van daarboven meid, we sturen Landleven en Linda naar je op en zullen je geen dag vergeten. De mascara van Babette is doorgelopen (al twee dagen) maar we zullen goed voor haar zorgen en haar net zoveel knuffelen als jij deed. Dikke zoen, je fans.
Behalve Babette had Brownie nog een vriendin, Bonnie. Bonnie is de Basset hond van Babette. Bonnie en Brownie waren dikke vriendinnen. Brownie mocht naast Bonnie op het hondenkussen liggen en Bonnie gunde Brownie haar graafmomenten in de tuin en stond een tikkie jaloers maar toch applaudisserend te kijken bij de totstandkoming van immense konijnenholen. Brownie had ook een abonnement op Landleven en VT wonen, op More Than Classic en Linda. Babette en Brownie lazen ze samen. Een vrolijk aangeknaagde stapel prijkte altijd in de woonkamer van Babette. Dat privilege was Bonnie niet toebedeeld, zij moest van de bladen afblijven. Brownie niet. Brownie mocht doen wat ze wilde, gaan waar ze wilde gaan en iedereen was fan van haar.
Totdat Brownie ineens koorts kreeg. Haar mooie lange oren niet meer wilde wassen en haar lange achterpoten niet meer wilde strekken na haar ontbijt. Landleven en Linda konden haar gestolen worden en tegen Bonnie zei ze alleen nog flauwtjes “hoi” en “schuif es op”. Dat was een slecht voorteken, want zo is Brownie niet. Babette heeft alles uit de kast gehaald (en uit haar portemonnee) om Brownie te helpen en te redden, maar Brownie redde het niet. Een naar virus heeft haar van Babette weggenomen. En van Bonnie. En van ons allemaal. Lieve Brownie, we wensen je veel boeren Hortensia’s, sierappelboompjes en Hosta’s toe. Maak er weer een mooie tuin van daarboven meid, we sturen Landleven en Linda naar je op en zullen je geen dag vergeten. De mascara van Babette is doorgelopen (al twee dagen) maar we zullen goed voor haar zorgen en haar net zoveel knuffelen als jij deed. Dikke zoen, je fans.
20 dec 2015
stopshop (gents only)
Ben benieuwd wanneer de dag zal zijn dat mijn eerste stopshop (gents only) haar deuren opent. De eerste run ik zelf natuurlijk. Veel te leuk. De stopshop is een plek waar de man, de “gent”, niet geconfronteerd wordt met pashokjes, kledinghangers, schoenendozen, vragen omtrent figuur en gewicht en luchtige blikken naar zwaar serieuze prijskaartjes. In de stopshop arriveer je opgelucht als je je lief hebt losgelaten in de winkelstraat. Ik heet je persoonlijk welkom met een begrijpende “is het alweer zover” blik en wijs je een lekkere stoel en tafel voor jezelf. Je hebt eigen TV met 538 voorkeurszenders, de vleesmap, een Ipad aan een ketting en een asbak (alleen in het achterste gedeelte van de stopshop natuurlijk). Je mag er appen, smsen of bellen met je minnares, je schoonmoeder stalken of geld van jullie gezamenlijke rekening naar een derdenrekening in Duitsland overboeken: mij allemaal best. Ik vraag wat je wilt drinken en vraag 4,50 voor een cappuccino of koffie en 6,25 voor een biertje, en als je dat veel vindt vraag ik je wat je denkt dat je vrouw op dit moment aan het uitgeven is. Op het toilet staat een rood kruis van mijn watervaste stift door het bordje “graag de bril omhoog”. Je doet je best maar, dit is jouw dag, jouw men-cave. Wij vrouwen hebben hier niets, maar dan ook niets te klagen over je. Welke zender je ook kiest, hoe vaak je ook zapt, welk exemplaar je uit de vleesmap ook leest, ook al verdwijn je er 45 minuten mee op het toilet en zet je het raampje niet open: hier ben je welkom. Je hoeft geen nieuwe rol op te hangen of je handen te wassen, wees gewoon lekker jezelf, plof weer neer als je zover bent en roep me voor een volgend potje bier of een stevige bak koffie. Of voor een braadworst met mosterd of uiensoep gegratineerd met kaas en stokbrood (al naar gelang de duur van het shop-leed). Maar schaam je ook niet voor dropjes, lange vingers of een stoute cola. Gewoon vragen. Ik begrijp je financiële pijn van dit moment en help je er doorheen. Promise. Let’s get this over with.
19 dec 2015
ben&jerry
Ik haal de sleutel uit het contact en graai mijn tas van de achterbank. Het is al donker en ik ben blij dat ik thuis ben met boodschappen en al. De dag begon hectisch en er is de hele dag geen 8x4 momentje gekomen. Het leek wel of iedereen vandaag iets (perse wel of niet) wilde, onvermijdelijk moest slopen of onoverkomelijk snel ter zijde moest worden gestaan. Dan zie ik een ouder echtpaar met een kruiwagen vol jampotjes en waxinelichtjes. Hij rijdt de kruiwagen en zij zet om de twee meter een potje met een brandend kaarsje op de stoep. Ik kan een deel van de route inmiddels al helemaal volgen. Op het kerkplein naast mijn huis staan mensen hun trompetten en hoorns uit koffers te halen en wordt een vuur gestookt. Als ik mijn boodschappen binnen heb gezet en de pizza in de oven heb gefrisbeed, pak ik mijn mok met inmiddels warme Gluhwein en ga de tuin in. De trompetten spelen kerstliedjes en langs mijn tuinhek lopen kinderen met lampionnen en wollen mutsen. Het is de avond van de jaarlijkse kerstkuier. Ik zei toch dat ik in het liefste dorp van NL woon. De kerstkuier is een wandeling langs honderden waxinelichtjes op de stoepen, langs kerstgedichten bij kampvuurtjes, langs kerkjes met chocomel en engelen-koortjes, langs de herders en de os en de ezel. En dit jaar ook langs Ben&Jerry.
Afgelopen zomer heeft Ketelbinkie al zijn kostbare rest-uren besteed aan mijn wens. We begonnen samen met de kinderen in de stromende regen. Ik heb van “mevrouwtje kost geld” gezien dat slopen het allerleukste is van bouwen. Binnen een paar uur hadden we een schoon stuk grond zonder oude opstallen en 450 kilo afval op de aanhanger van Ketelbinkie gesjord. Een super gezellige middag. Daarna begon Ketelbinkie te bouwen. En hij hield niet weer op. Ook al was het 36 graden, hij bouwde dat het een lieve lust was. Alles wat ik mooi vond en wenste werd realiteit door zijn handen. Het leken wel toverstafjes, maar dan hele grote : ). Friese dakpannetjes op het dak van een dubbelwandig strak betegeld nachthok met hooizolder, en natuurlijk een uitgezaagd hartje uit de grote toegangsdeur. Een beschutte buitenren eraan met boerderijhek als opening. Dubbelwandig, of course. En tot slot een zinken dakgootje onder de Friese dakpannetjes. Om te zoenen die Ketelbinkie. En vanavond sta ik met mijn Gluhwein naast de bewoners van die Hoeve Ketelbinkie: Ben&Jerry. Op hun zoldertje ligt alweer een verse baal stro die de buurman zojuist aan kwam kruien (“scheelt je veel rommel in je auto Tess!”). Ben&Jerry hebben kerstlampjes rondom hun hele hok, een kerstklok in hun buitenren en roze winterheide in een zinken plantenbak aan hun schapengaas. De kinderen vinden het prachtig, een nieuwe kerststal in het dorpje. De trompetten spelen en de rook van het kampvuur waait mijn tuin in. Ik denk aan Ketelbinkie en de warme zomer. Wat lief van hem.
Afgelopen zomer heeft Ketelbinkie al zijn kostbare rest-uren besteed aan mijn wens. We begonnen samen met de kinderen in de stromende regen. Ik heb van “mevrouwtje kost geld” gezien dat slopen het allerleukste is van bouwen. Binnen een paar uur hadden we een schoon stuk grond zonder oude opstallen en 450 kilo afval op de aanhanger van Ketelbinkie gesjord. Een super gezellige middag. Daarna begon Ketelbinkie te bouwen. En hij hield niet weer op. Ook al was het 36 graden, hij bouwde dat het een lieve lust was. Alles wat ik mooi vond en wenste werd realiteit door zijn handen. Het leken wel toverstafjes, maar dan hele grote : ). Friese dakpannetjes op het dak van een dubbelwandig strak betegeld nachthok met hooizolder, en natuurlijk een uitgezaagd hartje uit de grote toegangsdeur. Een beschutte buitenren eraan met boerderijhek als opening. Dubbelwandig, of course. En tot slot een zinken dakgootje onder de Friese dakpannetjes. Om te zoenen die Ketelbinkie. En vanavond sta ik met mijn Gluhwein naast de bewoners van die Hoeve Ketelbinkie: Ben&Jerry. Op hun zoldertje ligt alweer een verse baal stro die de buurman zojuist aan kwam kruien (“scheelt je veel rommel in je auto Tess!”). Ben&Jerry hebben kerstlampjes rondom hun hele hok, een kerstklok in hun buitenren en roze winterheide in een zinken plantenbak aan hun schapengaas. De kinderen vinden het prachtig, een nieuwe kerststal in het dorpje. De trompetten spelen en de rook van het kampvuur waait mijn tuin in. Ik denk aan Ketelbinkie en de warme zomer. Wat lief van hem.
18 dec 2015
kerstSterre
Joepie, mail van Sterre! Lees even mee. En daarna raad ik je aan als de brandweer sushi te bestellen. Things are getting better, echt Sterre. Dikke zoen. Tess
Dit jaar werd ik voor het eerst geconfronteerd met het fenomeen ‘kerstdiner intekenlijst’. OMG. Je hebt grofweg twee type moeders, het ene type maakt zich er met een jantje van lijden van af door knakworsten, twee pakken chocomel of poffertjes (en dan bedoel ik de magnetronvariant) te verzorgen. Het andere type heeft het over fruitspiesen, zelfgebakken kerstkransjes of iets anders zelfbereids. Ik schrok, ik had werkelijk geen clou tot welke soort ik zelf behoorde en wat ik nu moest bereiden. Gelukkig is er zoiets als de club van relaxte moeders waar een vriendin mij op attendeerde en daar vond ik het perfecte gerecht, een kerstboom gemaakt van boterhammen met hagelslag. Dat zou mij toch moeten lukken. Die ochtend moesten de kinderen, ik heb er twee, dus ja, je raadt het al, dit betekent ook twee kerstcreaties, om half 9 in de kerk zitten. Een kersttraditie die deze van oorsprong Katholieke school nog hoog in het vaandel heeft staan. Mijn jongste zit sinds een maand op deze school en vond het allemaal nogal overweldigend, 500 leerlingen, een handjevol leerkrachten en zeker 100 ouders dus in plaats van na afloop keurig met de klas naar school te lopen hing mijn kind aan mijn been en bleef daar de rest van de dag ook hangen. Na een middag van boodschappen doen, wassen wegwerken, aandacht aan mijn kinderen, werkster, moeder, vriendinnen, collega’s en mails schenken werd het tijd om de kerstgerechten te gaan maken. En daar ging het mis! Mijn inspanningen resulteerden in het commentaar van mijn oudste ‘mamma, daar zie ik geen kerstboom in hoor en daar bovenin zit geen ster maar een kruis’, meer iets voor Pasen zou je zeggen. Vervolgens viel een groot deel van de hagels op de die morgen gedweilde vloer, toen ik het folie er overheen wilde doen, wilde mijn oudste het nieuwe kerstoverhemd niet aan, hetgeen leidde tot een woedeaanval (ik laat even in het midden van wie) en wilde mijn jongste überhaupt niet meer naar het kerstdiner. Met het zweet op mijn rug spoedde ik mij te laat naar school, de kinderen continu aansporend om toch vooral door te lopen. Daar aangekomen zaten alle kinderen al op hun ‘kerst’best aan tafel, het plekje van mijn oudste als enige nog niet gedekt, want ik was vergeten bord en bestek een dag eerder in te leveren, maar dat terzijde, en toen zag ik HET! Een geheel verzorgde buffettafel met werkelijk de aller, allermooist getoonde en gemaakte kerstgerechten ever. Een vijfsterrenrestaurant was er niets bij. Ik zag wèl goed lijkende kerstbomen maar dan van komkommerschijfjes, spiesen met zelf gekarameliseerde appeltjes waar de schil als kerstslingers omheen gedrapeerd waren, mini zoenen veranderd in pinguïns door er gezichtjes van marsepein met oogjes van hagelslag en snaveltjes van glazuur op te boetseren (deze moeder had er voor het gemak 100 (!) gemaakt aangezien zij 3 kinderen op school heeft zitten vertrouwde zij mij toe) en met als hoogtepunt de zelfgebakken wafels waar een heel Amsterdams trapgevelstraatje uitgesneden was en waar de poedersuiker als sneeuw fungeerde. Ik moffelde mijn boterhammenkerstboom er tussen, liet mij de minzame blik van de klassenmoeder welgevallen en verdween als een haas naar buiten. Anderhalf uur en een huilbui later (ik had mij niet laten imponeren of de ogen uit laten steken door zo’n kerstfruitspies hoor, gewoon een beetje moe zo aan het eind van het jaar) liep ik met mijn jongste nog steeds aan mijn been de school weer binnen en hoorde ik de meester zeggen dat de boterhammen het gretigst aftrek hadden gevonden en de enige schaal was die echt helemaal leeg was gegeten. Even glom ik van trots om nog geen minuut later te ontdekken dat dit niet mijn boterhammen betroffen maar de boterhammen uitgesneden als kerstfiguurtjes. Mijn schaal was nog voor driekwart gevuld. Mijn kind zei troostend op de terugweg naar huis ‘Mamma, ik heb wel een boterhammetje van jouw schaal genomen hoor’. Twee uurtjes later, de wolkjes in diepe slaap gaat de deurbel, de sushibezorger staat voor de deur, ik weet definitief welk type moeder ik ben: het werkende, op meerdere kerstbordjes tegelijk schakende, niet kerstcreatieve, maar krankzinnig veel van sushi en haar kinderen houdende type.
Dit jaar werd ik voor het eerst geconfronteerd met het fenomeen ‘kerstdiner intekenlijst’. OMG. Je hebt grofweg twee type moeders, het ene type maakt zich er met een jantje van lijden van af door knakworsten, twee pakken chocomel of poffertjes (en dan bedoel ik de magnetronvariant) te verzorgen. Het andere type heeft het over fruitspiesen, zelfgebakken kerstkransjes of iets anders zelfbereids. Ik schrok, ik had werkelijk geen clou tot welke soort ik zelf behoorde en wat ik nu moest bereiden. Gelukkig is er zoiets als de club van relaxte moeders waar een vriendin mij op attendeerde en daar vond ik het perfecte gerecht, een kerstboom gemaakt van boterhammen met hagelslag. Dat zou mij toch moeten lukken. Die ochtend moesten de kinderen, ik heb er twee, dus ja, je raadt het al, dit betekent ook twee kerstcreaties, om half 9 in de kerk zitten. Een kersttraditie die deze van oorsprong Katholieke school nog hoog in het vaandel heeft staan. Mijn jongste zit sinds een maand op deze school en vond het allemaal nogal overweldigend, 500 leerlingen, een handjevol leerkrachten en zeker 100 ouders dus in plaats van na afloop keurig met de klas naar school te lopen hing mijn kind aan mijn been en bleef daar de rest van de dag ook hangen. Na een middag van boodschappen doen, wassen wegwerken, aandacht aan mijn kinderen, werkster, moeder, vriendinnen, collega’s en mails schenken werd het tijd om de kerstgerechten te gaan maken. En daar ging het mis! Mijn inspanningen resulteerden in het commentaar van mijn oudste ‘mamma, daar zie ik geen kerstboom in hoor en daar bovenin zit geen ster maar een kruis’, meer iets voor Pasen zou je zeggen. Vervolgens viel een groot deel van de hagels op de die morgen gedweilde vloer, toen ik het folie er overheen wilde doen, wilde mijn oudste het nieuwe kerstoverhemd niet aan, hetgeen leidde tot een woedeaanval (ik laat even in het midden van wie) en wilde mijn jongste überhaupt niet meer naar het kerstdiner. Met het zweet op mijn rug spoedde ik mij te laat naar school, de kinderen continu aansporend om toch vooral door te lopen. Daar aangekomen zaten alle kinderen al op hun ‘kerst’best aan tafel, het plekje van mijn oudste als enige nog niet gedekt, want ik was vergeten bord en bestek een dag eerder in te leveren, maar dat terzijde, en toen zag ik HET! Een geheel verzorgde buffettafel met werkelijk de aller, allermooist getoonde en gemaakte kerstgerechten ever. Een vijfsterrenrestaurant was er niets bij. Ik zag wèl goed lijkende kerstbomen maar dan van komkommerschijfjes, spiesen met zelf gekarameliseerde appeltjes waar de schil als kerstslingers omheen gedrapeerd waren, mini zoenen veranderd in pinguïns door er gezichtjes van marsepein met oogjes van hagelslag en snaveltjes van glazuur op te boetseren (deze moeder had er voor het gemak 100 (!) gemaakt aangezien zij 3 kinderen op school heeft zitten vertrouwde zij mij toe) en met als hoogtepunt de zelfgebakken wafels waar een heel Amsterdams trapgevelstraatje uitgesneden was en waar de poedersuiker als sneeuw fungeerde. Ik moffelde mijn boterhammenkerstboom er tussen, liet mij de minzame blik van de klassenmoeder welgevallen en verdween als een haas naar buiten. Anderhalf uur en een huilbui later (ik had mij niet laten imponeren of de ogen uit laten steken door zo’n kerstfruitspies hoor, gewoon een beetje moe zo aan het eind van het jaar) liep ik met mijn jongste nog steeds aan mijn been de school weer binnen en hoorde ik de meester zeggen dat de boterhammen het gretigst aftrek hadden gevonden en de enige schaal was die echt helemaal leeg was gegeten. Even glom ik van trots om nog geen minuut later te ontdekken dat dit niet mijn boterhammen betroffen maar de boterhammen uitgesneden als kerstfiguurtjes. Mijn schaal was nog voor driekwart gevuld. Mijn kind zei troostend op de terugweg naar huis ‘Mamma, ik heb wel een boterhammetje van jouw schaal genomen hoor’. Twee uurtjes later, de wolkjes in diepe slaap gaat de deurbel, de sushibezorger staat voor de deur, ik weet definitief welk type moeder ik ben: het werkende, op meerdere kerstbordjes tegelijk schakende, niet kerstcreatieve, maar krankzinnig veel van sushi en haar kinderen houdende type.
17 dec 2015
laat ons
Hij poetst zijn tanden, wast (als je mazzel hebt) zijn handen, laat de wc bril na de regenbui omhoog staan en stapt het bed in. En daar zijn wij er dus niet mee hé. Wij moeten eerst de muur droog maken en de wc bril naar beneden doen. En dan kan ons avondritueel pas beginnen. Want wij weten zoveel meer. Wij weten van okselhaar en beenhaar, van een bikini lijn. Wij weten dat de dag ons gezicht vervuild en de centrale verwarming ons haar uitdroogt. Wij weten dat onze huid ‘s nachts herstelt en daar op voorbereid moet worden. Dat die voorbereiding talgvrij en PH neutraal moet zijn. Ja, dat weten wij allemaal. En met die kennis doen wij iets. En dat we na het douchen onze huid even in de bodylotion zetten omdat dat de gladde ledematen ten goede komt en tevens het aanzien van de epidermis. Dat we onze tandenstoker hanteren voor mooi roze tandvlees en onze tanden poetsen met de beste tandenborstel in town, zodat er morgen weer genoeg te lachen valt. Dat we de wenkbrauwen nog even controleren voor het slapen gaan met de Tweezerman in de aanslag, en de bovenlip evenzo. Wij weten dat, en wij doen iets met dat moment. En dat het dan tijd is die PH neutrale gezichtshuid in de allescrème te zetten, behalve de huid rondom de ogen, want die is anders van structuur. Wij weten dat, en we doen er iets goeds mee.
En als jullie dan voortdurend en onverstaanbaar door het geluid van onze elektrische tandenborstel heen lopen te nuilen dat we op moeten schieten, en wij ons daardoor vergrijpen aan onze bovenlip in plaats van aan onze donshaartjes, en jullie vervolgens vanuit je bed roepen dat de muur achter de wc wel tot morgen kan wachten (had die sproeibeurt niet tot een volgend leven kunnen wachten?), en of we nou nog niet klaar zijn, dan worden wij daar niet zo vrolijk van. En als we dan eindelijk als opgejaagd wild toch maar als een ezel aan een touw naar de slaapkamer komen, dan hebben jullie je tijd zitten verdoen aan de verkeerde kant van het bed. Dan is onze plek nog koud. Welterusten.
En als jullie dan voortdurend en onverstaanbaar door het geluid van onze elektrische tandenborstel heen lopen te nuilen dat we op moeten schieten, en wij ons daardoor vergrijpen aan onze bovenlip in plaats van aan onze donshaartjes, en jullie vervolgens vanuit je bed roepen dat de muur achter de wc wel tot morgen kan wachten (had die sproeibeurt niet tot een volgend leven kunnen wachten?), en of we nou nog niet klaar zijn, dan worden wij daar niet zo vrolijk van. En als we dan eindelijk als opgejaagd wild toch maar als een ezel aan een touw naar de slaapkamer komen, dan hebben jullie je tijd zitten verdoen aan de verkeerde kant van het bed. Dan is onze plek nog koud. Welterusten.
15 dec 2015
groene sticker
Van paarden wist ik vooral dat ze levensgevaarlijk zijn en veel geld kosten. En dat ik er nooit op zou gaan zitten. Ik ging ervoor. Alles voor de kinderen.
De aankoop ervan leek wel die van een tweedehands auto, zij het dat ze je auto optoppen met olie zodat ie lekker rijdt tijdens de proefrit, en je paard heel even uithongeren en uitdrogen zodat ie lekker rijdt tijdens de proefrit. Maar beide worden uitgebreid gewassen voor jouw komst en ze zijn ook beide altijd “van een oud vrouwtje geweest en hebben altijd keurig binnen gestaan”. En ze willen ze liever niet kwijt, maar het aantal wordt echt te groot, er moet ruimte komen. Het had elke andere auto of elk ander paard kunnen zijn, maar deze is te koop en er zijn veel gegadigden. De paardenvrouw waar ik van kocht bezorgde me meteen al rechtopstaande nekharen. Haar stem ging me door merg en been en haar pathologische paardenleugens lagen er zo dik bovenop dat ik besloot tot een aankoopkeuring. Een aankoopkeuring door een paardenkliniek aan de tegenovergestelde kant van de grote rivieren dan waar zij met haar handeltje zat. Haar dominantiegraad schatte ik nogal effectief in haar actieradius.
Daar kwam de paardendokter. Gewoon conform afspraak. Lekker op tijd. Fijn, ik had ook mijn werk. Ik verwachte eigenlijk wel een heel ander type trouwens. Was ik toch even in de war, na de laatste maanden afgelegen stallen, ver boven hun stand wonende “tokkies” en stoffige manege-kantines afgereisd te hebben. Deze rook niet naar mest maar naar Hugo Boss. En hij had geen stro in zijn haar, maar gel in een leuk pittig kapsel. En verder was ie prima aangekleed voor the job. Helemaal leuk. Een tikkie ijdel, een gulle lach en geen onzin te bespeuren aan hem. Geen kwats, geen bravour, geen paardensublimatie. En aan mevrouw nekhaar had ie al helemaal weinig boodschap. Klaarblijkelijk dacht ie daar hetzelfde over, maar dat zag je dan ook weer niet aan hem. Helemaal keurig. Ik hou er van als een man zich zo presenteert en gedraagt. Een bourgondische buitenman die je zo mee uit eten kunt nemen. Iemand die aan zijn deskundigheid genoeg heeft. Opleuken moet je zelf niet doen, dat doen wij wel voor je. Zo had ik eindelijk een voordeel gevonden aan de aanschaf van een paard. En zijn “metier” bleek niet beperkt tot aankoopkeuringen, zo ontdekte ik later. Ik zie hem nog wel eens af en toe. Voor preventie en onderhoud. Aan ons paard. Want hij zei dat ie goed was, en hij was goed. Er zijn er niet veel in de geschiedenis van Adam en Eva die dat kunnen zeggen : ). Van mij krijgt ie altijd meteen een groene sticker. Houden.
De aankoop ervan leek wel die van een tweedehands auto, zij het dat ze je auto optoppen met olie zodat ie lekker rijdt tijdens de proefrit, en je paard heel even uithongeren en uitdrogen zodat ie lekker rijdt tijdens de proefrit. Maar beide worden uitgebreid gewassen voor jouw komst en ze zijn ook beide altijd “van een oud vrouwtje geweest en hebben altijd keurig binnen gestaan”. En ze willen ze liever niet kwijt, maar het aantal wordt echt te groot, er moet ruimte komen. Het had elke andere auto of elk ander paard kunnen zijn, maar deze is te koop en er zijn veel gegadigden. De paardenvrouw waar ik van kocht bezorgde me meteen al rechtopstaande nekharen. Haar stem ging me door merg en been en haar pathologische paardenleugens lagen er zo dik bovenop dat ik besloot tot een aankoopkeuring. Een aankoopkeuring door een paardenkliniek aan de tegenovergestelde kant van de grote rivieren dan waar zij met haar handeltje zat. Haar dominantiegraad schatte ik nogal effectief in haar actieradius.
Daar kwam de paardendokter. Gewoon conform afspraak. Lekker op tijd. Fijn, ik had ook mijn werk. Ik verwachte eigenlijk wel een heel ander type trouwens. Was ik toch even in de war, na de laatste maanden afgelegen stallen, ver boven hun stand wonende “tokkies” en stoffige manege-kantines afgereisd te hebben. Deze rook niet naar mest maar naar Hugo Boss. En hij had geen stro in zijn haar, maar gel in een leuk pittig kapsel. En verder was ie prima aangekleed voor the job. Helemaal leuk. Een tikkie ijdel, een gulle lach en geen onzin te bespeuren aan hem. Geen kwats, geen bravour, geen paardensublimatie. En aan mevrouw nekhaar had ie al helemaal weinig boodschap. Klaarblijkelijk dacht ie daar hetzelfde over, maar dat zag je dan ook weer niet aan hem. Helemaal keurig. Ik hou er van als een man zich zo presenteert en gedraagt. Een bourgondische buitenman die je zo mee uit eten kunt nemen. Iemand die aan zijn deskundigheid genoeg heeft. Opleuken moet je zelf niet doen, dat doen wij wel voor je. Zo had ik eindelijk een voordeel gevonden aan de aanschaf van een paard. En zijn “metier” bleek niet beperkt tot aankoopkeuringen, zo ontdekte ik later. Ik zie hem nog wel eens af en toe. Voor preventie en onderhoud. Aan ons paard. Want hij zei dat ie goed was, en hij was goed. Er zijn er niet veel in de geschiedenis van Adam en Eva die dat kunnen zeggen : ). Van mij krijgt ie altijd meteen een groene sticker. Houden.
14 dec 2015
village
Ik heb een visje gegeten in Singapore, jazz beleefd in Auckland, the Walk of Fame gelopen in Hollywood, gegokt in Las Vegas en madeliefjes geplukt in San Fransisco, moderne kunst bekeken in Vancouver (en klassieke in Amsterdam), Coca Cola gezocht in Accra, een muntje in de Trevifontein gegooid (en met succes!), ben afgedaald in pyramides in Cairo, heb geshopt in Barcelona, Parijs, Londen en New York City, gelogeerd in Kopenhagen en ben mezelf culinair te buiten gegaan op Guernsey. Maar mijn hart ben ik verloren aan mijn eigen village. Als ik mijn dorpje weer in kom na NYC, hangt de kerstverlichting inmiddels aan de straatlantaarns en zijn de etalages van de groenteboer, de visboer, de bakker en de slager weer in december-stemming getooid. De oliebollenkraam staat weer op het stadhuisplein, en de bloemenman staat weer buiten te kleumen bij de kerstbomen. De warmte overvalt me, het lijkt of ik weken weggeweest ben.
Je kunt mij niet gelukkiger maken dan me na een reis weer in de armen te proppen van degenen die me zo dierbaar zijn, mijn koffer mijn “cottage” met emaille en schapenvacht weer in te sleuren en mijn jas weer op de grote hoop te laten vallen. Op reis weet je exact wie je “meeneemt”. Je voelt daar met wie je wilt delen, aan wie je stiekem nog even denkt als je je hoofd op je kussen legt of iets leuks in de winkel of iets lekkers op de menukaart ziet. Het goede ligt niet ver van je vandaan, het goede is om je heen en in je buurt. Eenmaal door mijn oude voordeurtje komen de knuffelaars om beurten achter mij aan, van jong tot oud, met bloemen en tranen. De koffer met kadootjes gaat open, het espresso-apparaat aan, there’s no place like home. Juul appt of we komen eten. As we ‘s avonds bij haar het erf oplopen, de geiten groeten en de hond sussen, staat de kachel aan. Ketelbinkie is er ook en veel kinderen. De kachel brandt. Het ratjetoe aan antiek servies staat weer gezellig op de tafel en de glühwein walmt in de ons inmiddels vertrouwde blauwe pan op het fornuis. Al snel rollen ons de tranen van het lachen weer over de wangen. OMG wat heb ik ons gemist. Ik hou van reizen maar het beste van reizen is toch wel het thuiskomen.
Je kunt mij niet gelukkiger maken dan me na een reis weer in de armen te proppen van degenen die me zo dierbaar zijn, mijn koffer mijn “cottage” met emaille en schapenvacht weer in te sleuren en mijn jas weer op de grote hoop te laten vallen. Op reis weet je exact wie je “meeneemt”. Je voelt daar met wie je wilt delen, aan wie je stiekem nog even denkt als je je hoofd op je kussen legt of iets leuks in de winkel of iets lekkers op de menukaart ziet. Het goede ligt niet ver van je vandaan, het goede is om je heen en in je buurt. Eenmaal door mijn oude voordeurtje komen de knuffelaars om beurten achter mij aan, van jong tot oud, met bloemen en tranen. De koffer met kadootjes gaat open, het espresso-apparaat aan, there’s no place like home. Juul appt of we komen eten. As we ‘s avonds bij haar het erf oplopen, de geiten groeten en de hond sussen, staat de kachel aan. Ketelbinkie is er ook en veel kinderen. De kachel brandt. Het ratjetoe aan antiek servies staat weer gezellig op de tafel en de glühwein walmt in de ons inmiddels vertrouwde blauwe pan op het fornuis. Al snel rollen ons de tranen van het lachen weer over de wangen. OMG wat heb ik ons gemist. Ik hou van reizen maar het beste van reizen is toch wel het thuiskomen.
12 dec 2015
Freddy
Als het tijd is om terug te gaan, zit ik al vroeg beneden bij mijn Starbucks meisje. Ze heeft weer lekkere caffee latte voor me op dit onmogelijke tijdstip en warme cake met roze glazuur. De negers zijn allemaal al op en zijn spraakzaam en gezellig. Ze rappen en zingen en komen gezellig een praatje maken. Ik moest beslist naar Jamaica komen, ik zou "spoiled like a princess" worden. Ik vind het hartelijk maar vraag me af hoe gezond dat "spoilen" van hen zal zijn. Onderweg naar het vliegveld stappen er drie Japanse vrouwtjes in met 13 grote weekendtassen. Nu maar hopen dat ze niet over hoeven stappen. Ik vroeg me gisteren al af waar de Empire State building was, maar nu is het geheim verklaard. Volgens mij heeft Freddy niet zo'n zin om weer naar huis te gaan. Hij gaat in een streep door naar de business lounge. Daar hebben we nog zo'n vijf uur te gaan voor vertrek. Ik zie de mooiste winkels aan me voorbij suizen op de honderden meters lang roltrappen van JFK. Freddy zoekt gate 32, daar is de lounge, ver na de winkels. En ik moet je zeggen: het was weer poepie chique. Achter de bar staan een paar vrolijke negers. Freddy klaart zichtbaar op. Hij komt al snel naar mijn vorstelijke stoel met een glas champagne voor me. Ik zeg "eentje dan, dan ga ik nog even shoppen". Freddy ain't going anywhere. Als ik drie kwartier later terugkom is hij al een groen flesje of 6 verder. Ik app Juul dat het wel heel erg hard gaat naast me. Dat ik toch al snel 2 liter tel en het feest blijkbaar pas kan beginnen nu ik er ook weer ben. Juul appt dat ik er even een foto van moet maken. Dat dat na 6 flesjes in drie kwartier makkelijk ongezien kan. Ze heeft gelijk. No problem: Juul/maak foto/stuur/geen onderwerp/ware grootte/gereed. Of ik even witte wijn wil halen. Tuurlijk lieve Freddy, it's your party! Bij de bar zeg ik tegen de olijke neger "one sauvignon blanc please for Freddy". Ik krijg een leeg glas voor mijn neus. Ik zie de tanden van de neger er doorheen glimmen. "Is this the one for Freddy? Seems the right one to me!". Hij snapt hem meteen en schiet in de lach. Maar zijn baas kijkt, dus het glas moet vol. Ik wenk hem dichterbij en zeg "we should give him as much sauvignon blanc that he'll sleep all night in the plane, are you with me?". Hij lacht nog harder en zegt "I am with you!". Zes glazen later wordt het tijd om te boarden. Ik kan Freddy nergens vinden. Hij is al bijna een uur zoek in de business lounge. Als ik rond de bar mijn zoektocht begin, komt hij achter de schermen vandaan met een half glas champagne in zijn handen. "ik moest even proeven!" zegt ie. Eenmaal aan boord besluit ik werkelijk alle films te kijken die er aangeboden worden. Een vonkje en Freddy staat in brand. Ik vraag om een sticker "brandgevaarlijke stof" maar die hebben de stewards niet bij zich zeggen ze. Eenmaal airborne zie ik de flesjes weer aangerukt worden. Ik tel er 4 en een half glas cointreau bij de koffie. Het is altijd goed om even een kop koffie te nemen na zo'n "feestje". Bovendien moeten we straks nog autorijden. Inmiddels zitten we op een kleine zes liter. Dan hebben we nog een uurtje te vliegen. De lucht klaart op naast me: Freddy blijkt weer even zoek te zijn. De rest van het vliegtuig ligt te slapen en elke wc is vrij. Waar zou Freddy nou toch zijn? Ineens is ie er weer. "Champagne-proeverijtje?" zeg ik met mijn oordopjes nog in. Dan gaan we landen. Home sweet home. Freddy pakt zijn klasse 5 veilige auto en ik koop maar even een kaartje voor de trein geloof ik.
9 dec 2015
moederzoet
Paniek. Juul haar mam gaat slecht. Ze gaat overlijden en het duurt niet lang meer. Waar gaan we heen, gaan we nog gauw even douchen na het werk en dan waken, of eerst waken en straks douchen? Eten kan morgen weer. Wie rijdt er met wie waar naartoe? En wie slaapt waar? De kinderen weten niet of ze nu juist wel of niet bij oma zullen blijven die laatste uren. Ze wikken en wegen als grote mensen en met een haastgevoel alsof ze de bus moeten halen. Dat hoeft niet, denk maar rustig even na wat het beste voelt voor je. Oma vindt immers alles prima van je, dat is toch altijd zo geweest? De jongste heeft als eerste besloten: “ik wil eigenlijk het liefst bij Ketelbinkie slapen.....”. Juul en ik zeggen dat iedereen uiteindelijk het liefst bij Ketelbinkie wil slapen, maar dat Ketelbinkie daar niet groot genoeg voor gehuisvest is. Maar de jongste mag mee met hem, hup, die is veilig. Lekker bij Ketelbinkie onder de vleugels.
Juul haar mam overlijd nog diezelfde nacht. Eindelijk weer herenigd met haar man. Nu hoeft niemand zich meer zorgen te maken want Juul haar pa was groot en sterk, (zeer) knap en ridderlijk. Bij hem voelde je je altijd of er geen onzin in de wereld was en jou niets kon gebeuren. Nee, Juul haar mam, daar wordt straks niet mee gesold. Maar nu wil Juul haar alleen nog maar snel mee naar huis nemen. Daar is ze al zo lang niet geweest. Juul kleed haar ook nu weer mooi aan. In een prachtig jurkje natuurlijk, met een matched-als-de-brandweer vestje. Een bloemetjeskussen onder haar lieve gezichtje. Juul heeft het niet van een vreemde. En nu ligt ze ligt ze lekker in de serre van haar eigen huis. Omringd door bont gekleurde bloemen. Af en toe hoort ze de geitjes van Juul mekkeren of haar hondje blaffen, de kinderen lachen of ruzie maken en soms ook voorzichtig ademhalen bij haar in de buurt. Ze ligt onder een kleurig gebreid dekentje, wat Juul kreeg van een vriendin van haar moeder uit de laatste jaren. “Omdat jij altijd zo lief voor ons allemaal bent, en niet alleen voor je moeder”. Het kleedje bestaat uit 36 aan elkaar gehaakte dement (maar foutloos) gebreide dekentjes in alle kleuren van de regenboog en van alle patronen uit de Ariadne. En het staat haar moeder zo prachtig. Als Juul je dochter is, is schattigheid je troef. Je zult als de zoetste moeder geknuffeld en vertroeteld worden. Ook al adem je niet langer. Want zo is Juul. What you see is what you get.
Juul haar mam overlijd nog diezelfde nacht. Eindelijk weer herenigd met haar man. Nu hoeft niemand zich meer zorgen te maken want Juul haar pa was groot en sterk, (zeer) knap en ridderlijk. Bij hem voelde je je altijd of er geen onzin in de wereld was en jou niets kon gebeuren. Nee, Juul haar mam, daar wordt straks niet mee gesold. Maar nu wil Juul haar alleen nog maar snel mee naar huis nemen. Daar is ze al zo lang niet geweest. Juul kleed haar ook nu weer mooi aan. In een prachtig jurkje natuurlijk, met een matched-als-de-brandweer vestje. Een bloemetjeskussen onder haar lieve gezichtje. Juul heeft het niet van een vreemde. En nu ligt ze ligt ze lekker in de serre van haar eigen huis. Omringd door bont gekleurde bloemen. Af en toe hoort ze de geitjes van Juul mekkeren of haar hondje blaffen, de kinderen lachen of ruzie maken en soms ook voorzichtig ademhalen bij haar in de buurt. Ze ligt onder een kleurig gebreid dekentje, wat Juul kreeg van een vriendin van haar moeder uit de laatste jaren. “Omdat jij altijd zo lief voor ons allemaal bent, en niet alleen voor je moeder”. Het kleedje bestaat uit 36 aan elkaar gehaakte dement (maar foutloos) gebreide dekentjes in alle kleuren van de regenboog en van alle patronen uit de Ariadne. En het staat haar moeder zo prachtig. Als Juul je dochter is, is schattigheid je troef. Je zult als de zoetste moeder geknuffeld en vertroeteld worden. Ook al adem je niet langer. Want zo is Juul. What you see is what you get.
8 dec 2015
Manhattan
De volgende ochtend vroeg kom ik na een wandeling langs Wallstreet aan bij de herdenkingsplaats van 9/11. Eigenlijk was dat mijn eerste prioriteit van mijn visit aan NYC. Op de plek waar de Twin Towers stonden is letterlijk ter grootte van het oppervlak van de torens een soort put gemaakt waarin een waterval de aarde in verdwijnt. Modern, strak en omkleed met koperen platen waaruit de namen van de slachtoffers zijn uitgespaard. Parallel aan de vorm van de twee enorme "vijvers" staan bomenrijen geplant op het omliggende plein. De bomen dragen bruin groot blad dat niet van de boom valt. Het is een raar gezicht, die hangende grote bladeren aan al die boompjes, die niet gaan vallen. Hier is over nagedacht. Zwaar bewapende mannen lopen om de monumenten heen. Je wordt er geacht te fluisteren en dat gebeurt ook. Het is nog net niet op afstand van je gestrekte arm dat je de naastgelegen torens en gebouwen kunt aanraken. Enkelen ervan zijn zwaar beschadigd en weer in opbouw. Als deze torens horizontaal terecht waren gekomen was de heel NYC weggevaagd door puin. Nu is het hooguit een stuk van 200 bij 200 meter doordat de torens "ingezakt" zijn. Achter deze (toch) kippenvel-locatie, ligt de kleine haven waar boten vertrekken naar het vrijheidsbeeld. Dat staat in lichte ochtendnevel en in een spiegelgladde Upper Bay. Er staat niemand op de kade. De Bay verwarmt de kade door de resten van de zomerwarmte die ze vasthoudt. Het is er prachtig, en veel kleiner en knusser dan ik me had voorgesteld. De rest van de dag zwervend door Manhattan, af en toe even Starbucksen voor koffie en Wifi. Broadway is een aaneenschakeling van alles wat NYC je wil laten zien. Victoriaanse stijl, oude kerkjes en begraafplaatsjes naast de tientallen meters grote led verlichte schermen op Times Square met reuze M&M's die je welkom heten en verleidelijk naar je knipogen. Dan ambulances die zoveel licht en lawaai geven dat je denkt dat er een international rampscenario in uitvoering is, afgewisseld met etalages in kerstsferen waarin je van de zoetigheid in meegezogen wordt als in je kindertijd. Aan het eind van Broadway en indrukwekkend Manhattan, ligt eindelijk Central Park in zicht. Ineens een oase van rust en stilte. Joggers en koetsen met paarden, eekhoorns, groene heuvels en kleine meren. En aan de voet van een meer ligt midden in Central Park The Boathouse. The Boathouse is een van de mooiste plekjes die ik gezien heb in een metropool. Sinds 1874 bestaat het al, en oorspronkelijk was het inderdaad een boothuis waar mensen hun bootje konden stallen en konden vertrekken en aanleggen voor hun vaartochtje over het meer. Nu is het een sprookjescafe in Engelse stijl. Op het meer liggen nog steeds houten roeibootjes, en in het midden van het meer staat een kerstboom. Aan de horizon zijn bomen afgewisseld met de skyline van New York City. De toegang tot het Boathouse bestaat uit een rij van tien kerstbomen aan weerszijden van het tuinpad. Binnen is een schouw van gemetselde groffe gladde cottage keien. De haard staat aan en is omhangen door een guirlande met heel veel kleine kerstlampjes en grote rode en gouden strikken. Er klinkt typisch Amerikaanse kerstmuziek. De grote leren stoelen die er bij staan nodigen absoluut uit tot uitrusten en een goed glas. Wat een paradijsje als afsluiter van een dag Manhattan. Aan de muur hangen foto's van filmsterren in hun jonge jaren, bootjevarend op het meer voor het boothuis. Carry en Mister Big hebben hier ook ooit afgesproken, bedenk ik me. Ik heb het er maar niet over, al zal Mister Big dat vast als een compliment hebben opgevat : ).
5 dec 2015
nothing to declare
Business class of niet: de combinatie "douane" en "US of A" betekent stof happen. Een uurtje of acht later babbel ik mijn favoriete Boeing weer uit. Bij de Arrivals staat een enorme menigte mensen. Toch is het er doodstil. Er staan honderden reizigers van over de hele wereld vandaan (ahum, dat zie je zo) en het is er (dikke)muisstil. Geen muziekje, geen kerstster, geen bloemetje, geen cola, geen prullenbak en geen gezellige lichtbak met reclame: helemaal niets hier, behalve glimmend marmer en een "melting pot" van nationaliteiten. Als werkelijk bijna alles van mij op een vies vettig glasplaatje heeft gelegen en gescand is en ik blijkbaar een voldoende heb voor mijn kruisverhoor, mag ik door naar de kofferband. Altijd weer spannend of mijn allescreme synchroon is meegereisd. Of mijn Gilette Venus niet onverhoopt in Barcelona de nacht zal doorbrengen en of mijn (uiteraard glazen) nagelvijl niet op IJsland ligt te bevriezen (schatje toch). Stel dat mijn stiletto's zijn doorgevlogen naar The Walk of Fame....
Maar dan zie ik haar, mijn Delsey, met haar grote gele sticker "Priority". Oooohhh, do I love this trip! Zo achteloos mogelijk omvat ik haar uitschuifbare handvat en slinger haar met haar 4WD achter mijn laarsjes aan naar nothing to declare. No problem at all. Ik sta buiten. Ik sta buiten en het lijkt wel of ik bij een jazz festival beland ben, maar dan in de artiestenkamer. En zo te zien denken de honderden Louis Armstrongs dat Marylin Monroe wel een hele slechte nacht voorafgaand aan haar come back naar New York City heeft gehad : ). Ik krijg van binnen de slappe lach. Ik app gauw Juul of ze ook een neger wil als souvenir. Wij zijn er dol op. Ze zijn zachtaardig, niet zo gehaast en gejaagd, ze praten als Barry White, zijn blij met wat ze krijgen en hebben anatomisch in vrijwel elk opzicht vooraan gestaan. Juul appt meteen terug dat ze er een wil, een gestudeerde. Ik beloof haar dat ik morgenochtend first thing bij de Schoolbus zal gaan kijken, dat geeft de meeste kans op een gestudeerde. Dat ik nu even prioriteit maak van mijn nachtelijk onderkomen. Dat niet te misselijk zal zijn. De Hilton shuttle staat al klaar. Louis pakt met een grote grijns mijn Delsey, sleurt haar in de Ford, geeft me een flesje water en zegt "how are you doing tonight Marylin?". Dat bedoel ik.
Maar dan zie ik haar, mijn Delsey, met haar grote gele sticker "Priority". Oooohhh, do I love this trip! Zo achteloos mogelijk omvat ik haar uitschuifbare handvat en slinger haar met haar 4WD achter mijn laarsjes aan naar nothing to declare. No problem at all. Ik sta buiten. Ik sta buiten en het lijkt wel of ik bij een jazz festival beland ben, maar dan in de artiestenkamer. En zo te zien denken de honderden Louis Armstrongs dat Marylin Monroe wel een hele slechte nacht voorafgaand aan haar come back naar New York City heeft gehad : ). Ik krijg van binnen de slappe lach. Ik app gauw Juul of ze ook een neger wil als souvenir. Wij zijn er dol op. Ze zijn zachtaardig, niet zo gehaast en gejaagd, ze praten als Barry White, zijn blij met wat ze krijgen en hebben anatomisch in vrijwel elk opzicht vooraan gestaan. Juul appt meteen terug dat ze er een wil, een gestudeerde. Ik beloof haar dat ik morgenochtend first thing bij de Schoolbus zal gaan kijken, dat geeft de meeste kans op een gestudeerde. Dat ik nu even prioriteit maak van mijn nachtelijk onderkomen. Dat niet te misselijk zal zijn. De Hilton shuttle staat al klaar. Louis pakt met een grote grijns mijn Delsey, sleurt haar in de Ford, geeft me een flesje water en zegt "how are you doing tonight Marylin?". Dat bedoel ik.
4 dec 2015
KL0641
Ik zit in de business lounge van KLM. Over een uurtje vertrekt de KL0641 waarschijnlijk met mij aan boord. Ik zit keurig in Juuls denim jurkje en omhangen met juwelen in een fauteuiltje, met een glaasje champagne in mijn hand. Ze vervelen nog steeds niet. Het zal wel goede zijn. Ik kijk naar de vliegtuigen door de vitrages. Blijkbaar hoef je hier nog geen vliegtuig te zien. Prima toch. Overal is aan gedacht. Opeens is de tijd wel erg snel verstreken. Ik 8x4 nog even in de business lounge en onder de denim (deze missie is zwaarder dan de erwtensoepmissie op mijn jaardag), en loop quasi stoer naar de gate. Ineens hoor ik mijn naam, en of ik zo vriendelijk wil zijn te gaan boarden. Bij de gate groeten ze me bij mijn naam, maar niet met een gezicht alsof ik de boel heb opgehouden gelukkig. Geen ontkomen meer aan: voorwaarts maar, ik bubbel en babbel de slurf in en als ik even niet oplet sta ik al in het vliegtuig, waar me weer bij mijn naam een goede middag en vlucht gewenst wordt. Tot nu toe is dit toch even anders dan een lijnvlucht in het holst van de nacht naar een zonnige bestemming... Dan gutst mij het zweet normaal gesproken al via mijn rug achterin mijn lieve Uggs sandaaltjes als er nog nergens ook maar een (co)piloot te bekennen is. Deze nieuwe benadering draagt toch wel bij aan enige ontspanning moet ik zeggen, met een knipoog naar de bubbels.
Mijn nogal bekakte (en de eerste mij niet aan boord begroetende) buurman leest de Figarot. Ik dacht dus dat ik het even flink over hem kon hebben (en deed dat ook), totdat hij het NRC handelsblad er op na begint te slaan. Nu ben ik even in de war. Sowieso vind ik het raar dat hij een oordop in heeft (dat kan ik zien) en er nog eentje in het doosje voor hem op tafel ligt......zal toch niet aan mij liggen? Oops! Mijn rode wijn valt om. Die plastic glaasjes vallen zo om als er 4 armbanden tegenaan tikken. Gelukkig draag ik een zwarte wollen legging en dito laarsjes, en mijn buurman donkere denim. Waarom lijkt ie nou geïrriteerd? Het is een prima vlucht en aan het humeur van zijn buurvrouwtje kan het niet liggen volgens mij. Ik bedoel: ze zijn er saaier en veel ruimte neemt ze ook niet in. Ze rookt niet, ze snurkt niet en ze ruikt vermoedelijk naar hele goede champagne met een vleugje prima parfum. Zie je nou wel dat geld niet gelukkig maakt, beste buurman.... Ik krijg alweer een flesje van die lekker Chiraz, voorzien van "alstublieft" met mijn naam. Zie je wel, zij vindt het geen enkel probleem dat de vorige op de stoel en de vloerbedekking terecht is gekomen. Buurman fronst over zijn hoornen leesbril mijn kant op. Wil hij het etiket lezen? "Chiraz monsieur" zeg ik vriendelijk. Ik kan hier wel aan wennen moet ik zeggen. Voor mij nooit meer een andere Boeing.
New York City: here I come!
Mijn nogal bekakte (en de eerste mij niet aan boord begroetende) buurman leest de Figarot. Ik dacht dus dat ik het even flink over hem kon hebben (en deed dat ook), totdat hij het NRC handelsblad er op na begint te slaan. Nu ben ik even in de war. Sowieso vind ik het raar dat hij een oordop in heeft (dat kan ik zien) en er nog eentje in het doosje voor hem op tafel ligt......zal toch niet aan mij liggen? Oops! Mijn rode wijn valt om. Die plastic glaasjes vallen zo om als er 4 armbanden tegenaan tikken. Gelukkig draag ik een zwarte wollen legging en dito laarsjes, en mijn buurman donkere denim. Waarom lijkt ie nou geïrriteerd? Het is een prima vlucht en aan het humeur van zijn buurvrouwtje kan het niet liggen volgens mij. Ik bedoel: ze zijn er saaier en veel ruimte neemt ze ook niet in. Ze rookt niet, ze snurkt niet en ze ruikt vermoedelijk naar hele goede champagne met een vleugje prima parfum. Zie je nou wel dat geld niet gelukkig maakt, beste buurman.... Ik krijg alweer een flesje van die lekker Chiraz, voorzien van "alstublieft" met mijn naam. Zie je wel, zij vindt het geen enkel probleem dat de vorige op de stoel en de vloerbedekking terecht is gekomen. Buurman fronst over zijn hoornen leesbril mijn kant op. Wil hij het etiket lezen? "Chiraz monsieur" zeg ik vriendelijk. Ik kan hier wel aan wennen moet ik zeggen. Voor mij nooit meer een andere Boeing.
New York City: here I come!
Abonneren op:
Reacties (Atom)




